In de jaren 70 werd ik opgeroepen voor de BB en ingedeeld bij de telecommunicatie. Toen ik door omstandigheden een gesprek met de leiding had heb ik mijn verbazing over die plaatsing uitgesproken. Met een chemische achtergrond en een opleiding bij het Reactorinstituut in Delft was het toch veel logischer dat ik bij de ABC dienst zou worden ingedeeld. Daar kon de leiding geen argument tegen inbrengen en dus werd ik opnieuw ingedeeld. Nu bij die ABC dienst, maar tot mijn verbazing als plotter. Dus niet om analyses uit te voeren. Daar was ik ongeschikt voor, vanwege een verminderd kleur onderscheidend vermogen. Curieus, want ik heb mijn biochemie opleiding zonder enig probleem met succes voltooid.
Later begreep ik de echte reden. De chemiekennis van de docent bij de opleiding lag op HBS niveau. Dus klaarblijkelijk was de BB-leiding bang voor goede, kritische vragen.
Toen ik bij de opleiding niet verscheen in uniform leverde dat opnieuw een conflict op. Een uniform tijdens oefening of in praktijk kan ik wel begrijpen, maar in een leslokaal ging dat mijn begrip te boven. Toen ik werd uitgefoeterd door een hogere BB’er repliceerde ik met de woorden “wij zitten hier onze tijd te verdoen om goed betaalde ambtenaren of gepensioneerden een extra inkomen te bezorgen”. Dat was een schot in de roos. De man was een gepensioneerde KLM vlieger.
Uiteindelijk moest ik weer op de burelen van de BB verschijnen. Na het gesprek vertelde de BB ‘er dat ik door de tuchtraad was veroordeeld tot een boete voor het niet verschijnen in uniform en dat die bij voorkomend verzuim zou worden verhoogd. De Tuchtraad !, mijn mond viel open. Toen was ik het zat. Ik vroeg een psychologische keuring aan en werd afgekeurd voor verdere dienst.